Portret Gabby de Muralt, kunstenaar, docent en biografisch en kunstzinnig dynamisch coach

Als ik een bezield moment meemaak, dan word ik intens geraakt. Dat zijn intense gelukservaringen voor mij. Op zo’n moment valt alles samen en weet ik: hier hoor ik te zijn. Dat is bijna euforisch. De eerste keer in de kunst dat ik zo’n diep ontroerende ervaring meemaakte, was in het Mauritshuis. Daar hing, in een kleine ruimte met modern werk, de ‘rozevingerige dageraad’ van Willem de Kooning. Ik ben gaan zitten en heb de rest niet meer gezien. Het bracht me tranen in m’n ogen en heeft me aangezet tot kunst. Bezieling is voor mij lucht, dat ik ‘doorademd’ ben, dat ik leef. Bezieling en ontroering hebben voor mij veel met elkaar te maken.

Anderen inspireren is een innerlijke behoefte van mij. Dat komt terug in alles wat ik doe. Inspiratie is een geleend goed, zo heb ik in de loop der tijd geleerd. Je krijgt het, ook weer als lucht, iets wat je inademt (uit het Latijn ‘inspirare’) en ik geef het door. Als docent, trainer, kunstenaar: als mens. Ik heb altijd pen, papier en potloden bij me om me uit te kunnen drukken. Als ik een dag niet in mijn atelier ben geweest, word ik onrustig. Ik maak niet iets met een doel, maar creëer vanuit iets, vanuit inspiratie, tot het gaat leven. Met allerlei materialen maak ik iets in verschillende lagen zonder kader. Het gaat mij om de energie van de afbeelding. Zonder kader, zonder passe-partout, gaat het een relatie aan met de muur en met jou als kijker. Omdat het kader ontbreekt, moet je er iets mee. Zo is het leven ook. Wie wil er nu in een kader zitten?

Als kind wilde ik dat al niet. Ik kreeg soms ruzie met een docent die wilde dat ik de opdracht op een bepaalde manier deed. Dan deed ik wat anders, niet als bedoeling, maar ik volgde mijn inspiratie. Ik gebruik inspiratie nog steeds om mezelf opnieuw uit te vinden. Zoals Brené Brown zegt: je hoeft niet in één hokje te passen. Jaren geleden werkte ik bijvoorbeeld met veel plezier in de communicatie en PR, maar het kunstzinnige heeft me ook altijd geroepen. Bezieling hoort voor mij bij ‘ge bestemd weten’. Dat gaf een bisschop Muskens bij Villa Felderhof eens als antwoord op de vraag wat zin geeft aan het leven. Iedereen moet het gevoel hebben dat je ertoe doet, dat je een bestemming hebt. Voor mij heeft iedere bestemming een relatie met anderen, met de maatschappij. Je hoeft het doel niet te kennen om te weten dat je een bestemming hebt. In het Franse ‘âme’ vallen ziel en doel samen en ‘ziel’ is in het Duits ook doel. Bezield zijn is je opdracht als mens.

In mijn werk wil ik authentiek zijn, mijn stem laten horen. Ik zie mezelf terug in mijn werk: de gelaagdheid, de ‘geleefdheid’. Dat maakt het kwetsbaar, zeker als ik het onder de aandacht breng. Het moet voor mij integer zijn. Tijdens het werk heb ik dan discussie met mezelf: is het wel oprecht? Soms voeg ik nog één dingetje toe en dan is ‘het’ weg en kan ik weer opnieuw beginnen. Vroeger werd ik dan boos, was ik enorm teleurgesteld. Nu weet ik dat momenten van euforie zich afwisselen met momenten van teleurstelling. Wie bezield wil leven heeft te leren omgaan met teleurstellingen. Ik kan niet anders dan bezield leven. Het is bewust aanwezig zijn.

Welkom Thuis is een plek van bezinning. Je leert er dichtbij jezelf te blijven in je werk zodat je bezieling voelt. Dat geeft rust en zelfvertrouwen. Je werkt vanuit innerlijke kracht en hebt natuurlijke impact.