Ja, leuk, dacht Desirée, toen ze werd gevraagd voor de werkgroep ‘minder werkprocessen, meer werkplezier’. Ze ziet dat collega’s een beetje moe worden van alles wat moet. Ze klagen meer en kijken chagrijnig bij de zoveelste aankondiging van het management. Desirée vindt dat je met klagen niet veel bereikt en gaat liever aan de slag om dingen te veranderen. Deze werkgroep is daar een mooie ingang voor.
Desirée is coördinator op haar afdeling. Ze is zo iemand die oprecht van haar werk houdt. Ze gaat niet naar huis voordat ze alles afgerond heeft wat die dag op haar lijstje staat. Als er iemand ziek is of jarig, zorgt zij voor bloemen en laat een kaart langs alle collega’s gaan zodat de beste wensen worden overgebracht. Een vrouw met een opgeruimd karakter die de boel op orde heeft. Zo oogt het.
Ze belde mij voor een afspraak. Op een rustige plek ontmoetten we elkaar. Ik schonk koffie in en bij het overhandigen van haar beker, zag ik tranen over haar wangen stromen. Ze bood direct haar verontschuldigingen aan en zei dat ze blij was er nu met iemand over te kunnen praten.
Ze vertelde hoe zwaar het haar allemaal viel. Ze wist heus wel dat haar leidinggevende en collega’s haar waarderen, maar ze merkt daar dagelijks niet veel van. De sfeer in de organisatie maakt haar moe. Het kost haar energie om de moed erin te houden en haar bijdrage te leveren aan verbetering. ‘Af en toe heb ik gewoon zin om de handdoek in de ring te gooien’ zei ze met ergernis. ‘Terwijl juist nu mijn collega is uitgevallen en ik ben gevraagd om een deel van zijn werk er tijdelijk bij te doen. Ik weet het gewoon even niet meer.’
Wat ik in Desirées verhaal hoor, kom ik vaker tegen en is loyaliteit in de overdrive. Je geeft maar, en geeft maar en probeert daarbij jezelf voor ogen te houden dat je een gezegend mens bent met een toffe baan en leuke collega’s. Allemaal waar, maar het kost bakken met energie en in het laagje daaronder knaagt het. Vroeg of laat moet je terugschakelen en dat is bij Desirée nu het geval. De spanning tussen wie ze wil zijn en wie ze kan zijn is te groot geworden.
Het delen van haar frustraties lucht haar op. Het is het teken dat ze klaar is om dingen voor haar zelf te gaan veranderen. We praten over wat werken met spirit voor haar betekent en waar ze mee aan de slag wil. Ze spreekt uit dat ze in ieder geval de taken er niet bij gaat doen, maar is bang dat ze in het gesprek met haar leidinggevende in de verleiding komt om toch ja te zeggen. De eerste uitnodiging om meer trouw te zijn aan zichzelf. We oefenen het gesprek, net zo lang tot ze er vertrouwen in heeft dat ze respectvol en waardig nee kan zeggen.
Twee dagen later belt ze me op om te zeggen dat ze met haar leidinggevende had gesproken. Tot haar grote verbazing kreeg ze een compliment van haar leidinggevende. Zij zei dat ze van Desirée kon leren hoe je dat doet. Ze had er zelf ook geregeld moeite mee.